Go back

Een mager resultaat

Het topsectorenbeleid balanceert tussen hoop en vrees. De hoop is dat het uiteindelijk zal leiden tot baanbrekende innovaties en tot het bijdragen aan maatschappelijke doelstellingen. De vrees is dat radicale vernieuwers buiten de boot vallen en dat de overheid niet in staat is de regie te voeren over de maatschappelijke agenda.

Dit blijkt uit de evaluatie van de topsectoren die eind juli verscheen. De belangrijkste conclusie is dat bedrijven, kennisinstellingen en overheid elkaar hebben gevonden. De sectoren hebben zich met vallen en opstaan georganiseerd, maar daarmee is ook alles gezegd.

Vooralsnog heeft deze PPS-vorm niet geleid tot baanbrekende innovaties. Dat kan ook bijna niet. Toen indertijd de Technologische Topinstituten (TTI’s) werden geëvalueerd, bleek precies hetzelfde. De TTI’s waren de ‘moeders van de PPS’, maar bedrijven wilden of konden na een aantal jaren niet aangeven wat de toegevoegde waarde was in termen van nieuwe producten en meer omzet. Toch vond de internationale industrie de TTI’s onmisbaar, omdat de samenwerking met de kennisinstellingen leidde tot onderzoekers die weten hoe het in het bedrijfsleven toegaat en welke eisen de industrie aan research stelt. Bovendien was het voor bedrijven aantrekkelijk vanwege de forse subsidie, waardoor ze in staat waren hun R&D op peil te houden.

This article on Research Professional News is only available to Research Professional or Pivot-RP users.

Research Professional users can log in and view the article via this link

Pivot-RP users can log in and view the article via this link.